31 januari 2022
De opbrengst van het zonnepark van Ameland heeft nauwelijks te leiden onder de ganzen die periodiek op Ameland neerstrijken. De vervuiling die zij veroorzaken is ieder jaar met name in april duidelijk zichtbaar maar zorgt amper voor een vermindering van de stroomproductie van het zonnepark. Dat hebben studenten en onderzoekers van de Hanzehogeschool Groningen vastgesteld. Mogelijke redenen hiervoor zijn het wegspoelen van de vervuiling door regen of de beperkte oppervlakte die de vervuiling inneemt.
Vervuiling Amelander zonnepark, gezien op 27 mei 2021 (foto Hans van Weerden)
Ieder jaar is weer te zien hoe de ganzen de zonnepanelen van het park bevuilen. Logischerwijs vroegen de eigenaren zich af of die vervuiling invloed heeft op de hoeveelheid elektriciteit die het zonnepark produceert. Daarom zijn zij samen met de Hanzehogeschool Groningen een onderzoek gestart. Voor het onderzoek is gekeken naar de gemiddelde hoeveelheid ganzen op Ameland per maand en de stroomproductie van het zonnepark per maand. Met die twee gegevens zijn we aan de slag gegaan om de relatie tussen de aantallen ganzen en de elektriciteit die het zonnepark produceert te berekenen.
Het aantal ganzen is afgeleid uit gegevens van Sovon Vogelonderzoek Nederland (www.sovon.nl). Deze organisatie heeft o.a. geteld en berekend hoeveel brand- en rotganzen er gemiddeld per maand in het Waddenzeegebied zijn. Er is duidelijk een grote piek in voorjaar (donker grijs), in het najaar en de winter (licht grijs) zijn er minder ganzen en vrijwel geen ganzen in de zomer (zie grafiek). De vraag is of ditzelfde patroon ook te zien is in de stroomproductie van het zonnepark.
De stroomproductie van het zonnepark is natuurlijk erg afhankelijk van de tijd van het jaar omdat de zon in de zomer nu eenmaal veel feller schijnt dan in de winter en de dagen zomers langer duren. Dat is goed te zien de grafiek hieronder. Er wordt in de zomer gemiddeld genomen tien keer meer elektriciteit geproduceerd op het zonnepark dan in de winter.
Om een goede vergelijking te kunnen maken van het effect van de aantallen aanwezige ganzen op de stroomproductie van het zonnepark Ameland moeten we de afhankelijkheid van de hoeveelheid zon er eerst eruit halen. Een waarde die onafhankelijk is van de tijd van het jaar is bijvoorbeeld de performance ratio van het zonnepark. Daarbij wordt de werkelijke stroomproductie gedeeld door de theoretische productie. Er zijn verschillende manieren om zo’n theoretische elektriciteitsproductie te berekenen, bijvoorbeeld m.b.v. het simulatieprogramma PVSyst (www.pvsyst.com) waarin we het zonnepark op Ameland gedetailleerd hebben gemodelleerd en waarbij de weergegevens van het KNMI- station in Hoorn op Terschelling zijn gebruikt.
Wanneer we de verhouding van de werkelijke stroomproductie en de theoretische stroomproductie van het zonnepark berekenen, zien we dat deze veel minder varieert over de maanden van het jaar dan de stroomproductie zelf. Een voorbeeld van zo’n verhouding is hieronder weergegeven. We bekijken hier alleen de zomermaanden omdat in de winter de stroomproductie zo laag is dat de berekening onnauwkeurig wordt. In grijs is weer aangegeven in welke periode er veel ganzen op Ameland bivakkeren.
Vervolgens hebben we deze verhouding geprobeerd te correleren aan de hoeveelheid ganzen in ieder seizoen. Ondanks dat we verschillende verhoudingen hebben geprobeerd en ook verschillende correlatietechnieken, hebben we geen verband gevonden tussen de stroomproductie van het zonnepark en de ganzen die het zonnepark met name in het voorjaar vervuilen. Onze voorlopige conclusie is dan ook dat de ganzen de opbrengst van het zonnepark op Ameland nauwelijks verminderen. Mogelijk heeft dit te maken met de regen die de vervuiling van de ganzen snel wegspoelt, of met de beperkte oppervlakte van de vervuiling.
Achtergrond
Dit onderzoek is onderdeel van een groter pilotproject van de Hanzehogeschool. Het lectoraat Energietransitie en netwerken onder leiding van lector Martien Visser houdt zich o.a. bezig met de opbrengstafname door vervuiling en de opbrengsttoename door het schoonmaken van zonnepanelen. Dit wordt gemeten op het bestaande zonnepark in de proeftuin van ENTRANCE – Centre of Expertise Energy en op het zonnepark van Ameland. Dit pilotproject draagt bij aan het ontwikkelen van een helder advies voor de schoonmaak van zonnepanelen in Nederland.
Partners die deelnemen aan het onderzoek zijn:
Betrokken onderzoekers vanuit de Hanzehogeschool, University of Applied Sciences: Lech Bialek, Hans van Weerden en Sandra Bellekom.